Preek, Leersum 28-01-23
Zalig jullie,
die twee keer per week bij je moeder op bezoek gaan,
die naar haar oneindige litanie van nietszeggende kwaaltjes luisteren,
die elke drie maanden een nieuwe contactverzorgende proberen te bereiken
die haar kamer stoffen en stofzuigen, waar de overwerkte schoonmaakster geen tijd meer voor heeft
die haar blijven kennen, zelfs als zij niemand meer herkent.
Want jullie doen het goede.
Niet omwille van haar dankbaarheid, noch om de complimenten van het zorgteam,
niet omwille van schuldgevoel, schaamte of sociale druk,
maar omwille van het goede zelf, waarvan God de bron en het doel is.
En aan jullie behoort het Rijk der hemelen.
Zalig jullie,
die huilen om het kind dat niet het jouwe kon worden
die huilen om de partner, die maar niet gevonden werd
die schreeuwen van pijn en woede omdat je verlaten bent door je geliefde
die klagen om een graf dat niet bezocht kan worden
die geen stem meer hebben om te huilen
Want jullie doen het goede.
Niet omwille van de aandacht, noch om je rouw te verkopen,
niet omwille van als-nog-gelijk-krijgen, noch om je te wentelen in een slachtofferrol,
maar omwille van het goede zelf, waarvan God de bron en het doel is.
En jullie zullen getroost worden.
Zalig jullie,
die deuren openhouden voor hen die deuren dichtsmijten
die de stem van een boze dakloze niet met gelijke munt terugbetalen
die verdwaalde jongen naar huis brengen en de onzekere oudere naar de juiste trein
die geen eelt op je ellebogen hebben, maar wel bloed op je knieën van het vallen
die kwaad niet met kwaad, maar met nog meer goed vergelden
Want jullie doen het goede.
Niet omwille van een beloning, een fooi of zelfs een ‘dankjewel’,
niet omwille er om bekend te staan bij de mensen in de wereld,
maar omwille van het goede zelf, waarvan God de bron en het doel is.
En jullie zullen het land bezitten
Zalig jullie,
die opstaan tegen haat jegens buitenlanders, al woon je zelf in je eigen land
die opstaan tegen denigrerende grappen over homoseksuelen, al ben je zelf hetero
die opstaan tegen hardvochtigheid jegens de nieuwe armen, al ben je dat zelf niet
die opstaan tegen godsdienstdwang, al geloof je zelf in God
die opstaan tegen onverschilligheid in huizen en kantoren, waar je zelf verblijft.
Want jullie doen het goede.
Niet omwille van je eigen huid, kleur, geur of voorkeur,
niet omwille van eigen politiek of financieel gewin,
maar omwille van het goede zelf, waarvan God de bron en het doel is.
En jullie zullen verzadigd worden.
Zalig jullie,
die oprecht blij zijn met de promotie van die collega
die kunnen vergeven wat je zonder excuses in aangedaan
die kunnen vergeten wat de ander in onmacht je heeft misdaan
die kunnen hopen-tegen-beter-weten dat de wereld morgen een beetje beter is
die durven vertrouwen op een koninkrijk van eeuwige vrede
Want jullie doen het goede.
Niet omwille van de rechtvaardigheid, noch uit noodzakelijke wraak,
niet omwille van mathematische formules of empirische bewijzen
maar omwille van het goede zelf, waarvan God de bron en het doel is.
En jullie zullen barmhartigheid ondervinden.
Zalig jullie,
die omzien naar de schoonheid van mensen, zonder ze te willen bezitten
die verlangen naar aanraking en verzadiging, zonder het op te eisen
die elkaar kunnen kussen en omhelzen alsof er niemand naar je kijkt
die jezelf, de ander en God in gelijke mate kunnen liefhebben
die de dood liefdevol een hand reikt voor een allerlaatste dans
Want jullie doen het goede.
Niet omwille van eigen gewin of persoonlijke bevrediging,
niet omwille van geld, macht of aanzien
maar omwille van het goede zelf, waarvan God de bron en het doel is.
En jullie zullen God zien.
Zalig jullie,
die vredebrengers worden genoemd, ook als het niet jouw oorlog is
die de andere wang toekeren een legitieme verdedigingsmaatregel vinden
die ouders met hun kinderen, broers en zussen, vaders en moeders elkaar weer laten vinden
die vrede brengen in het hart van je naasten, ook al heb je ze nog nooit eerder gezien
die niet van wijken weten, zelfs als jullie laatste uur heeft geslagen.
Want jullie doen het goede.
Niet omwille van eigen gewin of persoonlijke bevrediging,
niet omwille van geld, macht of aanzien
maar omwille van het goede zelf, waarvan God de bron en het doel is.
En jullie zullen kinderen van God genoemd worden.
Zalig jullie,
die schuin worden aangekeken omdat je op zondag in de kerk zit in plaats van in de Ikea
die uitgelachen worden omdat je in God gelooft in plaats van geld en jezelf
die beschimpt worden door cabaretiers, politici en opiniemakers
die beschouwd worden als relicten van een reeds lang overwonnen verleden
die Christus’ naam durven te dragen.
Want jullie doen het goede.
Niet omwille van een plekje in de hemel, noch omwille van vrees voor een hel,
niet omwille van de kwaadheid van een god of de verleiding van een demon
maar omwille van het goede zelf, waarvan God de bron en het doel is.
En aan jullie behoort het Rijk der hemelen.
En groot is jullie loon in de hemel.